3. De baby daalt niet genoeg

DE BABY DAALT NIET GENOEG IN

De zorgverlener zegt dat het hoofdje van de baby hoog blijft staan, of niet dieper komt of niet verder indaalt.
De zorgverlener wilt zeggen dat het hoofdje van de baby op de zelfde hoogte blijft hangen. Wanneer je weeën hebt is het niet alleen de bedoeling dat de ontsluiting vooruitgaat, maar ook dat het hoofdje van de baby steeds verder in je bekken zakt. En uiteindelijk in de buurt van de uitgang ligt, wanneer dat je gaat persen.

Ook hier blijft het advies blijf in beweging. Verandering van positie kan de baby al helpen om dieper in je bekken te zakken. Maar de volgende houdingen kunnen nog net dat extra zetje in de goede richting geven.

Indaling,wat wordt daar eigenlijk mee bedoelt?

Omdat het lastig voorstellen is wat er nu precies bedoelt wordt met indaling hebben we dit met de volgende foto's proberen weer te geven. De baby ten opzichte van het bekken (als de baby met het hoofdje naar beneden ligt). Doordat wij als mensen rechtop lopen, moet de baby door het bekken draaien.
Als je verloskundig zorgverlener aangeeft dat je baby is ingedaald (voor de bevalling) dan bevindt het hoofd zich zoals in het eerste plaatje weergegeven. Dit is een goed uitgangspunt voor de bevalling.
Gedurende de ontsluitingsfase gaat niet alleen de baarmoeder mond open (ontsluiting), maar zakt het hoofd van de baby ook steeds dieper in het baringskanaal. Zoals je kan zien op de plaatjes. Dit wordt indaling genoemd. Hoe dieper het hoofd in het baringskanaal zakt, hoe meer het hoofd ook op de ontsluiting drukt. Hierdoor zal de ontsluiting ook verder toenemen.

Deze positie is oncomfortabel. Maar op deze manier rek je je banden op en probeer je meer ruimte in je bekken te maken zodat het hoofdje van de baby ruimte krijgt om verder naar beneden te zakken. Dit kan zowel op de linker als op de rechter zij. Probeer dit voor beide kanten 15 minuten per kant vol te houden. Deze oefening kan je ook al in de zwangerschap doen om ruimte te creëren in je bekken.

Hoe?

Ga op je zij liggen. Kruip goed naar de rand. Doe deze oefening niet alleen, maar laat iemand naast je bed staan, zodat je niet uit bed kan vallen. Strek je onderste been. Ondersteun met je bovenste arm op het bed en laat je bovenste been vanaf je knie uit bed bungelen. Adem goed en rustig door en probeer te ontspannen.

Let op: soms vind een baby een bepaalde houding niet fijn. Dit kan de verloskundig zorgverlener aan de hartslag van de baby zien. Maar vaak vind jezelf de houding ook erg oncomfortabel. Luister naar je lichaam en forceer niet.

Dit is de wat comfortabelere variant van de vorige foto en dus ook langer vol te houden. Ga ook hier weer aan de rand van het bed liggen. Met een kleine pinda bal tussen je knieën. Je onderste been gestrekt. Je bovenste been ligt op de pinda heen en je voet bungelt ontspannen uit bed.

Is er geen pinda bal. Probeer dan met een (borstvoeding)kussen het zelfde effect na te bootsen.

Durf creatief te zijn, bal in bed, kan prima. Laat de zwaartekracht helpen. Tip: Zet de zijpanelen van het bed omhoog, zodat de bal er niet zomaar uit kan rollen.

Assymetrie!

Door het ene been ongelijk ten opzichte van het andere been neer te zetten maak je ook meer ruimte in je bekken.

Kijk goed naar hoe de 2 kussens gepositioneerd zijn.

DE BABY DAALT NIET GENOEG IN

Indaling,wat wordt daar eigenlijk mee bedoelt?

Menu

Email